Het ging over veel onderwerpen in de voorbije verkiezingscampagne voor de Tweede Kamer. De lijsttrekkers stemden hun soundbites en oneliners af op de (terechte) zorgen die leven onder het volatiele electoraat. Daarom werden de kiezers bestookt met problemen rond immigratie, woningbouw, gezondheidszorg, bestaanszekerheid en klimaatverandering. In ieder geval ging het tijdens de campagne niet of nauwelijks over de voortdurende oorlog in Oekraïne en de dramatische ontwikkelingen in het Midden-Oosten. Over de toekomst van Defensie of over een visie op de krijgsmacht wisselden de politieke kopstukken amper een woord.
Ondanks de electorale desinteresse voor de krijgsmacht en defensievraagstukken, toonden de meeste politieke partijen in hun verkiezingsprogramma’s de bereidheid in de krijgsmacht te investeren. Een aanzienlijk aantal partijen gaf zelfs te kennen de 2%-NAVO-norm voor het defensiebudget ook na 2024 wettelijk te willen verankeren.[1]
Voorts gaven de meeste politieke partijen voor de verkiezingen aan de inmiddels omvangrijke militaire steun aan Oekraïne te willen continueren. Dat deden ze in ondubbelzinnige bewoordingen: ‘tot het uiterste blijven gaan’ (VVD), ‘onvoorwaardelijke steun’ (CU en Volt), ‘omvangrijke (…) steun’ (GL/PvdA), ‘versterken (...) langjarige steun’ (D66), ‘actief steunen’ (NSC) en ‘langdurig steunen’ (SGP).
Vervolgens sprak de kiezer zich uit en bezorgde de PVV een enorme verkiezingsoverwinning. De bescheiden defensieparagraaf van deze rechts-populistische partij zegt niets over de hoogte van het gewenste defensiebudget. Het weinige concrete dat het PVV-verkiezingsprogramma leert is dat de integratie van de Koninklijke Landmacht met het Duitse leger een halt moet worden toegeroepen, Turkije uit de NAVO moet, Defensie moet worden ingezet voor grensbewaking ‘om de asielstormloop op ons land te stoppen’ en zowel de Nederlandse financiële als militair-materiële steun aan Oekraïne moet worden gestaakt.[2] In lijn hiermee diende Geert Wilders een motie in om geen F-16’s naar Oekraïne te sturen. De PVV-leider pleitte nog in 2018 – dus jaren ná MH17 en de annexatie van de Krim – op bezoek in de Doema voor vriendschap met de Russen. Hoewel Wilders, althans in zijn uitlatingen, inmiddels voorzichtig van de bagagedrager van zijn autocratische ‘held’ Vladimir Poetin lijkt te zijn afgestapt, kan zeker niet worden gesteld dat er overeenstemming gloort over een breed gedragen defensiekoers.
Door de verkiezingsuitslag lijkt andermaal een scenario met een gecompliceerde en langdurige kabinetsformatie voor de hand liggend. De ongewisse uitkomst is frustrerend voor een ieder die ernst wil maken met de broodnodige versterking van de krijgsmacht. Want hoe belangrijk zijn een asielstop, hypotheekrenteaftrek, pensioenindexatie en subsidie op zonnepanelen nu eigenlijk als Nederland zich met zijn bondgenoten onvoldoende te weer kan stellen tegen een steeds dichterbij komende oorlog?