Met de Russische invasie op 24 februari 2022 intensiveerde het conflict in Oekraïne, dat al met de inname van de Krim in 2014 was begonnen. Hopelijk zal deze oorlog een keer stoppen. De vraag is: en wat dan?
Het is contra-intuïtief om tijdens een gewapend conflict al na te denken over de post-war periode. De overwegingen en afwegingen die strijdende partijen tijdens het conflict maken zijn onvermijdelijk ingegeven door emoties als woede en angst. De partijen in het conflict ontmenselijken de tegenstander,[1] en vereenzelvigen leiders, militairen en bevolking.
Toch moeten onze strategische denkers stilstaan bij de fase na de oorlog. Bij strategie gaat het immers niet om individuele emoties of persoonlijke belangen, maar om de verschuiving in de relatieve verdeling van macht en invloed tussen (niet-)statelijke actoren ten gunste van de actor die de strategie uitvoert.
Dit conflict op het Europese continent is meer dan oorlog tussen twee staten. Ook de NAVO, EU-lidstaten, China en Iran spelen een rol, net als internationale organisaties, bedrijven of sympathisanten. Naast een scala aan actoren woedt ‘de oorlog’ ook op een veelheid aan terreinen: gas, graan, wapenverdragen en uitbuiting van strijdige interpretaties van het internationale recht.
Na de oorlog zullen we de relatie met Rusland wel weer op moeten pakken. Dit is immers de oorlog van president Vladimir Poetin en zijn handlangers, en niet per se van het Russische volk. Een vereenzelviging die begrijpelijk is, maar ook gevaarlijk. De valkuil is dat wij ons laten inpalmen door onze eigen wraakgevoelens jegens Rusland, waarmee een ‘Versailles 2.0’ in de maak is.
Het is dus zaak om nu al, tijdens deze oorlog, na te denken over de toekomst. Hoe dan? Tonen wij ons empathisch naar Rusland? Rusland voelt zich kwetsbaar en om die gepercipieerde dreiging tegen te gaan heeft het behoefte aan strategische diepte en bufferzones. Daarnaast voelt Rusland zich miskend als grootmacht. Houden we rekening met de Russische perceptie, met daarbij de vraag hoe reëel die perceptie eigenlijk is? Of volharden we in onze eigen principes, waaronder het internationale recht, dat Rusland zo flagrant heeft geschonden?
Lastig? Dat valt best mee. Meedeinen met autoritaire leiders is geen optie; sterker nog, wij moeten niet langer zelfgenoegzaam in vrede leven,[2] maar accepteren dat in vrede leven constante actie vereist. De enige uitdaging die rest is om onze oorlogsemoties in te ruilen voor strategisch denken. Want als we onze wraakgevoelens laten prevaleren dan zal de vrede een voorzetting van de oorlog met andere middelen zijn: een fout die we een dikke eeuw geleden ook al hebben gemaakt.
[1] Ervin Staub, 'The psychology of bystanders, perpetrators, and heroic helpers', in: Ervin Staub, The Psychology of Good and Evil. Why Children, Adults, and Groups Help and Harm Others (Cambridge, Cambridge University Press, 2003) 291-324.
[2] Timothy Snyder, 'Ukraine Holds the Future. The War Between Democracy and Nihilism', Foreign Affairs, 6 september 2022.