Het zou enkele dagen duren om Kyiv te overmeesteren, dacht Moskou in februari 2022. Inmiddels duurt de strijd bijna even lang als de ‘Grote Patriottische Oorlog’ (1941-45), of de Eerste Wereldoorlog (1914-18). Een oorlog beginnen is nooit moeilijk geweest; hem beëindigen op gunstige voorwaarden blijkt altijd veel ingewikkelder. Momenteel gaat alle aandacht naar vredesbesprekingen, en wat een acceptabel akkoord zou zijn voor Oekraïne en Rusland. Hoe definieert men winnen of verliezen, en wat staat er op het spel? In de krijgsgeschiedenis worden oorlogen op verschillende wijzen verloren: politieke overgave of de keuze om de oorlog te beëindigen, of een militaire nederlaag danwel uitputting. Een vredesakkoord, of de beproefde Russische techniek van het ‘bevriezen’ van conflicten, is ook een optie. Inmiddels is de strijd in Oekraïne een uitputtingsslag geworden, met regelmatig meer dan duizend gesneuvelden per dag. Voorheen lag de verhouding van Russische tot Oekraïense doden nog op zo’n 4 tot 1, maar dit kruipt genadeloos richting pariteit; een onhoudbare zaak voor Oekraïne. Rusland denkt nog steeds te kunnen winnen, maar is nu ingesteld op jaren in plaats van dagen.

Voor Oekraïne is verliezen geen optie; de strijd is existentieel. Rusland maakt geen geheim van zijn doel om Oekraïne als zelfstandige staat te vernietigen. De strijd is ongelijk, en wordt bovendien op een ongelijke wijze gevoerd, waarbij Rusland de kritieke infrastructuur stelselmatig vernietigt, en hele steden en dorpen in de as legt. Begin februari 2022 zei president Vladimir Poetin nog dat hij Oekraïne niet zou aanvallen, en vervolgens meldde hij stellig dat Rusland geen land zou bezetten. Vier regio’s zijn inmiddels officieel ingelijfd, al zijn Russische militairen niet in staat deze gebieden volledig te veroveren. De gevolgen van een bezetting zijn al wel duidelijk. De mannen worden opgenomen in milities en moeten tegen hun Oekraïense broeders vechten, kinderen worden ontvoerd en oorlogsmisdrijven – zie Boetsja – worden op grote schaal gepleegd. Oekraïne heeft lang en dapper volgehouden, maar hoe lang nog? Westerse hulp, door middel van wapenleveranties, inlichtingenondersteuning en toenemende economische hulp – blijft onontbeerlijk. Dat deze steun telkens wordt gepauzeerd, geclausuleerd of afgebouwd komt overigens het moreel niet ten goede. Het is wellicht lastig te kwantificeren, maar ‘hoop’ is van groot belang.              

Voor de NAVO en de EU is het essentieel dat Rusland geen overwinning in Oekraïne behaalt. De veiligheid van Europa begint tenslotte in Oekraïne, en Poetins doel strekt verder dan Kyiv en de Donbas. Al voor 2022 werd een hybride campagne gevoerd met bijvoorbeeld cyberaanvallen, aanslagen met polonium en novitsjok, en werd een munitieopslag in Tsjechië opgeblazen. Plausible deniability is inmiddels een gepasseerd station. Aan het begin waren de westerse wapen- en munitieleveranties voldoende om een Oekraïense nederlaag te voorkomen, maar niet genoeg voor een overwinning.  Nu zijn de eigen Europese wapenopslagplaatsen nagenoeg leeg en de munitievoorraden op. Van F-16’s tot Leopard-tanks en Caesar-houwitsers, een groot deel van het Europees militair vermogen is in Oekraïne verbruikt in de strijd. Dit maakt Europa bijzonder kwetsbaar. De Europese krijgsmachten worden weliswaar zo snel mogelijk opgebouwd, maar dertig jaar aan bezuinigingen zijn niet met enkele investeringen goedgemaakt. De NAVO heeft terecht alles op alles gezet om Oekraïne te steunen, want het gaat tegelijk om het winnen van tijd om het bondgenootschappelijk militair en afschrikwekkend vermogen weer op te bouwen.   

Als één land het bloedvergieten kan beëindigen in Oekraïne, dan is dat Rusland. Maar dat wil Poetin niet, want alles – van de gehele economie tot de samenleving – is omgevormd tot een onderdeel in de zogeheten existentiële strijd tegen het Westen. De NAVO heeft destijds de Sovjet-Unie vernietigd en is tot de poorten van Moskou uitgebreid; nu zal het decadente Westen eindelijk een les worden geleerd, aldus Moskou. Bij elk nieuw sanctiepakket (we zijn inmiddels bij het twintigste) hoopt het Westen dat de Russische economie de afgrond in stort, maar de oorlogseconomie draait op volle toeren. Het is hiernaast maar de vraag of de Russische maatschappij vrede wil en aankan. Het publieke debat wordt immers beheerst door de haviken; de duiven zijn helaas uit het raam gevallen. Wat te doen met de honderdduizenden getraumatiseerde soldaten, die straks terugkomen? Tot slot, als er aandacht komt voor de gesneuvelden: wie geeft toe dat het er een kwart miljoen zijn, terwijl de laatste officiële cijfers nog uitgaan van enkele duizenden? Het regime van Poetin is onlosmakelijk verbonden met de oorlog in Oekraïne, en tegen het Westen.

Voor Beijing is voortzetting van de strijd op de huidige wijze niet ongunstig. Een Russisch verlies of ernstige verzwakking is geen optie; dan staat China alleen tegen het Westen. Xi Jinping was net als anderen verrast door de Russische aanval op Kyiv, luttele weken nadat hij met vriend Vladimir een ‘grenzeloze’ strategische partnerschap in Beijing had beklonken. Het partnerschap met Rusland – geen bondgenootschap, want het vertrouwen moet nog groeien – rust op gedeelde belangen. Waar Rusland de westerse vernedering vanaf de jaren negentig wil rechtzetten, gaat de Chinese wrok een eeuw verder terug, tot de Opium Oorlogen. Met veel strategisch geduld en hard werk neemt de Chinese beschaving (niet land) zijn verdiende (lees: rechtvaardige) plaats terug in het internationale stelsel. Vervolgens zal linksom of rechtsom Taiwan worden herenigd met het vasteland. Momenteel houden de Chinese handel en investeringen de Russische economie overeind, en dit is zo gekalibreerd om geen westerse sancties uit te lokken. Mocht echter juniorpartner Rusland gaan wankelen, dan wordt ongetwijfeld de steun vanuit Beijing opgevoerd. In dit geval zal het Westen onvermijdelijk sancties uitroepen, met grote nevenschade voor zowel de Chinese als westerse economieën. Deze prijs zal Beijing gerust betalen.

Kortom, voor alle partijen is verliezen geen optie. Het voortbestaan van Oekraïne staat op het spel, maar tegelijk is het conflict een onderdeel/proxy geworden van de competitie tussen grootmachten. Moskou heeft alles ingericht op het voeren van een uitputtingsslag. De signalen die Poetin krijgt, van incrementele terreinwinst tot de nieuwe Amerikaanse National Security Strategy, lijken de effectiviteit van zijn gekozen strategie te bevestigen. Oekraïne wacht wederom een moeilijke winter. Wellicht verkiest men binnenkort een slechte en tijdelijke vrede of bevriezing van het conflict boven het voorzetten van de huidige pijnlijke oorlog. Voor Europa is het essentieel dat Kyiv overeind blijft, want de Russische beer heeft de oorlogsmachine opgestart. Een eventuele bevriezing van het conflict geeft ook het Westen de tijd om defensie op peil te krijgen. Komende periode zal het wemelen van analyses over mogelijke verliezers en winnaars, met verschillende interpretaties vanuit warme studeerkamers en statige hoofdsteden. Zoals in elke oorlog staat echter vast dat één categorie er bekaaid vanaf komt – de mannen en vrouwen die het mogen uitvechten aan het front. Zij dragen al sinds 2014 de verliezen.

Over de auteur(s)

Mr. dr. Sergei Boeke

Sergei Boeke is Politiek Adviseur bij het Joint Support and Enabling Command.